In oktober was Stichting Indische Documenten gevraagd om langs te komen bij Syl de Rooij in Amerongen , zij had nog foto’s en documenten uit Nederlands-Indië van haar familie en die zij graag wilden delen met haar verhaal op de website.
Gastvrij werd SID ontvangen en na een heerlijk bakje koffie met een koekje begon ze haar verhaal.
Syl haar meisjes naam is Van Braam-Morris.
In 1828 vertrok een meneer Morris vanuit New Jersey , Verenigde Staten , naar Nederlands-Indië waar hij deelnam aan de strijd in Atjeh als KNIL-ler , zo begon hun roots in Nederlands-Indië.
Later in de 19e eeuw heeft een Morris , de achternaam van zijn moeder , Van Braam toegevoegd aan Morris , zo ontstond de naam Van Braam-Morris.
Hieronder kunt u de documenten lezen .

Van Braam Morris

De vader van Syl was Dhr.D.F.v.Braam-Morris en hij trouwde in ongeveer 1929 met de onderwijzeres J.F.Talhout , zij was geboren in oktober 1904.
Moeder overleed in 1939 en liet 4 kinderen achter , Syl was toen pas 7 jaar oud. De kinderen werden toen opgevangen en verzorgd door de halfzuster van Dhr. V.Braam -Morris.
Op een gegeven moment werd vader opgeroepen door het leger omdat de oorlog was uitgebroken, de kinderen werden , alle 4 achtergelaten bij de baboes .De Japanners brachten de 4 kinderen in Kamp Makassar , dit kamp lag ten zuiden van Batavia en diende als werkkamp waar groente werd verbouwd.
De Japanners hadden in dit kamp een varkens fokkerij die door vrouwen werd onderhouden. Voor de oorlog had vader een jongen leren in de gevangenis waar hij werkte en deze jongen heeft tijdens de oorlog de kinderen beschermd.Er heerste geelzucht in het kamp en velen verloren hierdoor het leven.
In 1945 , na de capitulatie van Japan , begon er chaos te komen op Java , de Bersiap tijd brak uit. Republiek Indonesië werd uitgeroepen , de Pemuda’s ( Republikeinse jongeren ) hadden het o.a gemunt op Nederlanders en Indische Nederlanders.Burgers werden door het Engelse leger en Japanse soldaten beschermd.
De kinderen Braam-Morris werden op een gegeven ogenblik naar Bandung getransporteerd , hun treinreis vond plaats in veewagons ( Van Batavia naar Bandung ) en begeleid door Gurka’s en Sikhs van het Engelse leger, in Bandung aangekomen werden de kinderen in een kamp ondergebracht die door de Japanners bewaakt werd.
Om aan geld te komen in het kamp haalden de kinderen suikerbalen naar hun kamer , dat ging stiekum , want de Japanners sliepen immers op de balen rijst en suiker.
Op hun kamer maakten ze borstplaat van het suiker en werden ze verkocht , Syl was toen 13 jaar oud maar er was nog een andere manier hoe ze aan hun geld kwamen en dat was het inbranden ( door een vergrootglas) van nummers in kleding.

Anekdote van Syl
Syl klom in een klapperboom die dwars door hun afdak groeiden om klappernoten ( kokosnoten) te plukken , en één keer velde ze hier haar tante mee doordat de klappernoot op haar hoofd viel en zij bewusteloos raakte, een andere keer zat ze vast in een klapperboom door de bliksem.

Haar vader hebben ze uiteindelijk na 4 lange jaren terug gevonden.Syl ging op een gegeven moment weer naar school , de MULO welke zij heeft doorlopen als 15 jarig meisje in een record tempo , 2 klassen in 1 jaar tijd en zij slaagde voor haar examen !!!
Haar broer trouwde met een buurmeisje , zij was 6 jaar ouder dan hij , hij werkte op een thee – en rubberplantage genaamd Tjiasem , aan de kust ten noorden van Bandung waar hij Soedanees leerde ,hij vertrok in 1954 naar Nederland.
In 1952 leerde Syl haar man kennen , Dhr.van Rooy, hij was al eerder naar Nederland vertrokken.
Syl vertrok ook naar Nederland , dit was in 1953 met een vrachtschip langs Medan , Singapore en Aden , deze boottocht duurde maar liefs 7 weken.

In november 1953 werd ze door haar man in het donker vanaf het schip opgehaald in Rotterdam en vestigden zich in een pension aan de Catharijne  Singel in Utrecht.Na de pension tijd kregen ze een woning toegewezen in de wijk Zuilen, Jan Ligthartstraat te Utrecht, dichtbij het voetbalveld van Elinkwijk, hier hebben ze tot 1957 gewoond waarnaar ze naar Amerongen verhuisden.

De zuster van Syl woont nu 8 jaar in Texas Carrfield wat een heuvellandschap heeft en haar broer woont in een compound voor ouderen bij Las Vegas en beheerst nog steeds de Soedanese taal.
Hij liet zich toender tijd enthousiast maken door de Adjaken, Oranjeplein te Utrecht en door de Indoclub en Wereldraad van kerken waardoor hij geëmigreerd is naar Californié.

Syl heeft 3 kinderen ,anno 2017 is de oudste 58 jaar en de jongste 47 jaar.
Haar man overleed in maart 2016 aan nierfalen na een ziekteperiode van ongeveer 9 maanden.
Haar kleinkind gaat geschiedenis studeren en heeft heel veel belangstelling voor Nederlands-Indië.
Samen met haar man is Syl nog 2 x terug geweest in Indonesië, 1 x super relaxed en de 2de keer een verzorgde reis , waar men zicht strikt aan een vast tijdbestek hield , dus het was alleen maar snel, snel en snel.

Uit het fotoalbum van Syl 

Een tijd geleden is George Braam van Morris geïnterviewd door LA Times Magazine , hieronder kunt u het stuk lezen , genaamd A Long Way From Home ( in het Engels)
George speelde in de eerste Indo band van Utrecht genaamd De Utrechtse band The Black Rocking Cats.
George speelt de drum.


The Long Way Home