Voorwoord :

Voor bezoekers, lezers, geïnteresseerden van Stichting Indische Documenten,die ik persoonlijk een warm hart toe draag, zal ik in samenwerking met Stichting Indische Documenten een stukje schrijven over Indonesië, dat vergeten Indonesië!!
Met vriendelijke groet , Felix M.


Het begin van het einde.

Trouwfoto uit 1935 van onze welgestelde familie , toen het leven nog mooi was , toen waren er nog geen Japanners in Nederlands- Indië.

Baron Geduld von Jungenfelt , hij was werkzaam bij het Ministerie in het voormalige Batavia.
Foto dateert uit 1845.

Japanse bezetting

Tijdens de Japanse bezetting van Nederlands-Indië ( 1942-1945 ) werden burgers en militairen gedwongen als krijgsgevangen te blijven op last en onder toezicht van het Japanse gezag in Japanse interneringskampen. De Nederlanders werden beschouwd als vijandelijke buitenlanders en er werd veel wreedheid gebruikt tegen zowel de burger als tegen de krijgsgevangenen vaak was de dood het gevolg hier van. Er was een groot tekort aan eten, water en medicijnen. Besmettelijke ziekten hadden vrij spel wat veelal veroorzaakt werd door zéér slechte sanitaire voorzieningen en in de overvolle slaapplaatsen wemelde het van de vliegen , wandluizen en ratten , dit kostten aan duizenden het leven .Naast de krijgsgevangenkampen waren er ook burgerinterneringskampen waar Europeanen ,ongeveer 70.000 werden opgesloten ,dit waren Europeanen zonder gemengd bloed , dus zuivere blanken . Er waren ook kampen met mensen met gemengd bloed ,dus Indo-Europeanen en er was nog een tweede categorie en dat waren de Belanda-Indo’s of te wel Indische Nederlanders ( zo’n 30.000 )

Geïnterneerden werden vaak op transport gezet, meestal in overvolle treinen, waar de temperatuur in de geblindeerde wagons tot grote hitte kon stijgen. In de kampen heerste een streng regiem. Overtredingen werden met stokslagen of uren in de zon staan zonder drinken bestraft. Er werd dagelijks appel gehouden om de gevangen te tellen. In de vrouwenkampen verbleven de baby’s ,  peuters , kleuters en schoolkinderen bij hun moeder totdat in 1944 het bevel uitgevaardigd werd dat alle jongens van 10 jaar en ouder moesten verhuizen naar een speciaal jongenskamp, vaak in een bestaand mannenkamp waar ze vaak als slaaf werden gebruikt.

Klik hier om naar de volgende pagina te gaan